
Geschiedenis van de bijenteelt: globaal en lokaal
Bijen ontstonden circa 140 miljoen jaar geleden uit een wespensoort. Dat is lang voordat de moderne mens, de homo sapiens, überhaupt bestond (circa 300.000 jaar geleden).
Van solitaire insecten evolueerden de oerbijen geleidelijk naar sociale dieren. Bijenvolken vestigden zich in rotsholten en holle bomen. Uit prehistorische rotstekeningen blijkt dat de mens ver voor Christus honing verzamelde door bijennesten leeg te roven. Tegenwoordig valt het bijna niet voor te stellen, maar voor de grootste deel van de geschiedenis van de mens was honing de enige beschikbare zoetstof. Gedreven door de zoete trek heeft de mens de bijen gedomesticeerd.
De eerste vorm van bijenteelt werd ongeveer 2800 jaar geleden ontwikkeld door de oude Egyptenaren. De vindingrijke zoetekauwen hielden bijenkolonies in holle cilindrische kokers van klei en stro, met aan de achterkant keramieke deksels. De imker kon de achterkant van de buis openmaken om de honing te oogsten en bij de bijenwas te komen.
In onze streken (Noordwest Europa) werden deze keramische buisvormige bijenwoningen nooit gebruikt. Een alternatief hiervoor was een net zo ingénieuse strokorf, die bovendien veel lichter in gewicht was. De eerste strokorven komen rond 1300 voor. In Nederland heeft de kortimkerij nog tot de Tweede wereld oorlog een grote rol gespeeld. Een voorbeeld is goed te zien op een archieffoto uit het Lanaken Beekeeping Museum en in de film ‘Het leven der bijen’ (1917) uit de EYE Filmmuseum collectie.

Bijenteelt als handelsvorm
In de middeleeuwen begonnen steeds meer mensen over te stappen van bosbijenteelt naar thuisteelt. Bijenteelt werd van groot maatschappelijk en economisch belang: honing was het enige zoetmiddel en werd ook gebruikt als medicijn. De bijenwas afkomstig van de honingraten werd gebruikt voor het maken van kaarsen (een duurder alternatief voor dierlijk kaarsvet dat een onaangename geur had). Mede dankzij de vraag naar bijenwas werd bijenteelt een lucratieve handelsvorm.
De hoogtijdagen van de bijenteelt in ons land vielen op de 17de-19de eeuw. Over het algemeen loopt de ontwikkeling van de bijenhouderij in deze periode in Nederland gelijk met de situatie in de omliggende landen.
Overgang van handel naar hobby

Na de ontdekking van de Nieuwe Wereld en de opkomst van suikerhandel werd honing als primaire zoetstof in rap tempo verdrongen. Europa ging bijna volledig over op suiker afkomstig van suikerriet dat van ver moest komen. In 1747 werd de suikerbiet voor het eerst ontdekt als suikerbron. Vanaf 1880 had de biet suikerriet vervangen als belangrijkste zoetstof in continentaal Europa. In 1882 heeft de uitvinder Thomas Edison de eerste gloeilamp laten branden: kaarsen hebben plaatsgemaakt voor elektriciteit. Zo ontstonden er alternatieven voor de producten van bijenteelt: zowel honing als bijenwas werden rudimentair.
Eind 19de- begin 20ste eeuw wisselt bijenteelt z’n handelsstatus in voor kleinschalige imkerij: een hobby. Vooral in steden wordt honing geen essentieel product meer maar een specialiteit voor de liefhebber.
Europa ging bijna volledig over op suiker afkomstig van suikerriet dat van ver moest komen. In 1747 werd de suikerbiet voor het eerst ontdekt als suikerbron. Vanaf 1880 had de biet suikerriet vervangen als belangrijkste zoetstof in continentaal Europa. In 1882 heeft de uitvinder Thomas Edison de eerste gloeilamp laten branden: kaarsen hebben plaatsgemaakt voor elektriciteit. Zo ontstonden er alternatieven voor de producten van bijenteelt: zowel honing als bijenwas werden rudimentair.
Wederopleing van bijenteelt
Honingconsumptie zit al een aantal jaar in de lift. Deze ontwikkeling valt samen met de geleidelijke mentaliteitsverandering van de consument. China mag dan wel de belangrijkste honingproducent ter wereld zijn (gevolgd door Turkije en Argentinië), maar door de algemene bewustwording gaar de consument actief op zoek naar lokale alternatieven. Er ontstaat ruimte voor kleinschalige lokale imkerijen om hun product tegen eerlijke prijzen af te zetten.
Europa is voor 55 procent zelfvoorzienend wat betreft honingconsumptie, maar in Nederland en ook in bijvoorbeeld België ligt dat percentage ver onder de 50 procent. Er is dus nog ruimte voor verbetering! Wel is het zo dat de groei op een duurzame manier moet gebeuren en niet ten koste moet gaan van lokale ecosystemen.
Het aantal commerciële partijen en hobbyimkers stijgt al sinds 2016 explosief. Momenteel telt Nederland 50.000 tot 60.000 imkers met zo’n 168.000 honingbijen. Volgens de laatste observaties en onderzoeken zijn de honingbijen de wilde bij zelfs aan het verdringen. Daarom wordt er gesproken over een vergunningplicht voor imkers als een mogelijkheid om de bijenteelt te regulieren.
Ontdek honing in de meest bijzondere smaken
-
Heidehoning
€8,95 In winkelmand This product has multiple variants. The options may be chosen on the product page -
Zonnebloemhoning
Vanaf: €2,75 In winkelmand This product has multiple variants. The options may be chosen on the product page